Met vader en zoon Maas

TEKST: PIETER BEELEN > FOTOGRAFIE: SANDER BOER

Marty Maas (66) vist al ruim 40 jaar enkel met de vlieg. Een half jaar geleden heeft ook zoon Chris (37) de switch gemaakt van de spinstok naar de vliegenlat. Nu beleven vader en zoon samen mooie vliegvisavonturen. Hét VISblad haakte aan bij een snoeksessie aan de Essche Stroom.

op snoek

vliegvissen

Met een speciale
wax voorkom je dat de verschillende hengeldelen vast komen te zitten of te snel loskomen

In de naweeën van storm Pia was het hard werken aan de Essche Stroom.

Marty en Chris vissen standaard met een weerhaakloze haak. “Dat scheelt je vrijwel geen vis en maakt het onthaken een stuk gemakkelijker.”

Marty houdt graag het tempo erin bij het streameren. “Dan heeft de vis geen bedenktijd, gaat de vlieg hoog door het water en zie je aanbeten vaak aankomen.”

SNEL VERSUS TRAAG
De vriendschappelijke competitiedrang kan zeker geen kwaad. Beide vliegvissers hebben immers hun eigen aanpak. Zo vist Marty graag snel. “Door de streamer snel binnen te strippen heeft de vis geen bedenktijd. Hij moet direct toeslaan, óf het aas voorbij laten gaan. Bovendien blijft de vlieg zo hoog in het water, waardoor je de aanbeten kunt zien aankomen. Die worden vaak voorafgegaan door een boeggolf of een kolk. Dat maakt het geheel nog mooier.” Chris vist juist liever wat trager en werpt de streamer gerust een paar keer op dezelfde stek. “Mijn ervaring vanuit de bellyboat – voorzien van een geavanceerde dieptemeter – is dat vissen lang niet altijd bij de eerste worp bijten. Soms moet je ze eerst ‘wakker schudden’ en vang je ze pas na een aantal worpen. Zeker in de winter vis ik extra traag omdat de vlieg dan dieper blijft en een passieve vis meer tijd heeft om toe te slaan. En dat zijn vaak juist de grootste vissen; die wil ik niet missen. Zo ving ik laatst een snoek van 116 cm. Deze vis zag ik op de dieptemeter, maar liet zich niet eenvoudig uit de tent lokken.” “Die kwam wel acht centimeter te kort”, plaagt Marty, die een persoonlijk record snoek van 124 cm op zijn palmares heeft staan.

REBOUND SNOEK
In een fluks tempo vissen de ‘kemphanen’ de oeverzones van de Essche Stroom af. Chris is super fanatiek en blijft vol vertrouwen voorop lopen. “Dat heeft hij niet van een vreemde”, zegt zijn vader met verholen trots. Dan schiet er uit het kantje plotsklaps een snoek die zich op de clown-kleurige steamer van Chris stort. De feestvreugde en kromme hengel zijn echter van korte duur. Na een paar seconden veert de hengel terug en valt de lijn slap. De kolk die dit tumult heeft veroorzaakt dijt langzaam uit in het water. “Die heeft de haak niet gevoeld. Deze snoek hing aan de staart van de streamer”, zegt Chris met de opwinding nog hoorbaar in zijn stem. In een oogwenk belandt de vlieg weer op de stek, waarna hij deze langzaam binnen stript. Opnieuw knalt de snoek vol over de streamer heen en ditmaal zit-ie wel goed gehaakt. Marty snelt toe met het net en kan de vis na een korte dril scheppen. Zowel bij vader als zoon is de druk er met deze eerste vis vanaf. Trots poseren ze samen even voor de foto. Dankzij de weerhaakloze vlieg is het onthaken een fluitje van een cent en kan de vis snel weer terug in zijn element.

Ondanks de ruime keuze aan streamers wisselen zowel vader als zoon niet van model of kleur: ‘Als je met vertrouwen vist, hoef je niet te twijfelen – dat levert extra effectieve vistijd op’

>> SETUP EN
MONTAGE

Tijdens deze stormachtige reportage gebruikten Marty en Chris een strakke AFTMA #9 of #10 hengel die is voorzien van een bijpassende reel. Op dagen met minder harde wind volstaat een klasse #8 of #9. Met de lichte en strakke hengels van tegenwoordig is een dag zwiepen met de vliegenlat goed te doen. Dat streamers nu hoofdzakelijk van synthetisch materiaal zijn gemaakt – en dus geen vocht op nemen – maakt het werpen nog makkelijker. 

Chris gebruikt een DI3 zink lijn om zijn vlieg wat dieper te vissen, terwijl zijn vader met een intermediate lijn vist om de streamer in de hogere waterlagen te houden. Tussen de vliegenlijn en de onderlijn zit een leader van ongeveer anderhalf tot twee meter sterk 50/00 fluorocarbon – net zoals alle overgangen is die verbonden met een lus-in-lus verbinding. Marty: “Een langere leader bemoeilijkt het werpen, dus houd die lekker kort.” Na de leader kiest hij voor een 80/00 fluorocarbon onderlijn ter bescherming tegen de scherpe snoektanden. Chris geeft echter de voorkeur aan een 50 lbs titanium onderlijn. Dit extra gewicht laat de vlieg namelijk nog sneller zinken. Beide onderlijnen zijn voorzien van een quick change clip voor snelle streamerwissels. Tenslotte mag een stripmand niet ontbreken. Dan raakt de lijn niet verstrikt, blijft deze schoon en gaat hij langer mee.

Focus je
als beginnend vliegvisser vooral niet teveel op ver willen gooien, maar vis juist de kanten goed uit – het gros van de snoeken ligt in de regel strak tegen de oever

>> ESSCHE STROOM
De Essche Stroom begint bij Oisterwijk, waar de Voorste en de Achterste Stroom samenkomen. Na ongeveer twaalf kilometer mondt de beek bij Halder uit in de Dommel. Dit water staat over de gehele lengte in de VISpas en er wordt relatief weinig gevist. Op sommige gedeeltes zijn herstelwerkzaamheden gaande om dit in het verleden rechtgetrokken riviertje deels zijn natuurlijke loop terug te geven. Daar vind je ondiepe meanders waar de snoek het prima doet. Ook op de rechte en diepere delen kun je Esox lucius aantreffen, maar daar is het meer een kwestie van meters maken.

HANDWERK
“Dat was geen toeval, hè?!”, zegt Marty met een knipoog naar zijn zoon. Senior vist namelijk graag met rode streamers. Zoonlief vandaag ook. “In helder water pak ik vaak een zwart exemplaar, maar in dit bruine water heb ik liever een felle kleur. Zoals deze rood-gele combi die ik de ‘clown’ noem.” Alle streamers in de tackle boxen zijn eigen fabricaat. “Pa shopt het materiaal bij elkaar, ik maak er vervolgens vliegen van”, preciseert Chris. “Lekker knutselen en de streamers precies maken zoals ik ze wil hebben. Dus met heel veel actie, ook als je langzaam vist. Dat werkt vaak dressuurdoorbrekend”, onderstreept junior de voordelen van het zelf binden van vliegen. Of Marty zich schuldig voelt om zijn zoon op te zadelen met de noeste arbeid? “Nee hoor, ik financier de boel en weet dat hij dit leuk vindt. Bovendien heb ik lang genoeg achter de vice (hakenklem) gezeten. Laat hem maar de nodige ervaring opdoen met het binden van vliegen.” Opvallend is dat ondanks de ruime keuze aan verschillende soorten streamers, zowel vader als zoon niet wisselen van model of kleur. “Als je vertrouwen hebt in de vlieg die in de speld aan de onderlijn hangt, hoef je niet te twijfelen. Dat levert extra effectieve vistijd op.”

KLEINE AFSLUITER
Toch gaat ook deze sessie richting de eindstreep. Op de terugweg naar de parkeerplek werpen vader en zoon – strijdend tegen de hevige windvlagen – het laatste traject uit. Vlak voor de kant lijkt het alsof de rode streamer van Marty wat vuil oppikt, maar voor de zekerheid zet de routinier toch de haak. Een brutaal miniatuursnoekje heeft het aangedurfd om de grote streamer te grijpen. “1-1”, roept Marty triomfantelijk. “Die is onder de maat en telt niet”, antwoordt Chris lachend terwijl het succesje met een boks wordt gevierd. “Zonder gekheid: dit is de kleinste snoek die we hier ooit hebben gevangen. De gemiddelde lengte bedraagt zo’n 65-70 cm. Een paar weken geleden ving pa hier nog een dikke 90’er.” Toch maakt de lengte van een snoek die aan de vliegenhengel wordt gevangen hem eigenlijk niet zoveel uit. “Dat directe contact met de vis doordat je de lijn in je hand hebt is echt gaaf. Sinds ik een half jaar geleden echt ben overgeschakeld naar het vliegvissen beleef ik alles nog intenser. Nu ben ik er helemaal aan verslingerd en hoop ik samen met mijn pa nog veel gave vliegvisavonturen te beleven”, sluit Chris af.  

Oei, het water is de laatste dagen wel erg hard gestegen”, zegt Marty terwijl zijn blik over de Essche Stroom glijdt. Het riviertje ten oosten van het Brabantse Vught is aardig buiten zijn oevers getreden en in de omliggende weilanden staat een flinke laag water. De forse regenval van de afgelopen dagen heeft het water niet alleen fors doen stijgen, maar kleurt dit ook bruin. “Dat is niet optimaal voor het vliegvissen op snoek”, concludeert Maas senior. In combinatie met de naweeën van storm ‘Pia’ – wat zich uit in een windkracht vijf Beaufort – heeft hij er een ietwat hard hoofd in. Maas junior blijft echter optimistisch. “We rijden gewoon een stuk stroomopwaarts. Daar is de oever wat steiler en kunnen we prima vissen. De wind, bewolking en hoge luchtdruk zijn zeker niet in ons nadeel. Maar die streamers vangen niet uit zichzelf snoek. Snel verkassen en dan kunnen we direct aan de slag”, zegt Chris strijdlustig.

JUNIOR VOOROP
Als de hengels zijn opgetuigd, gaat Chris voorop en volgt pa in zijn kielzog. “Dat doen we altijd op deze manier. Dan komt hij als eerste de snoek tegen en maakt-ie de meeste kans op vis. Ik zie liever dat hij ze vangt”, verklaart Marty. “Ik ook!”, reageert zijn zoon gevat. Die geeft het tempo aan en houdt de pas er stevig in. “Meters maken vergroot de kans dat we een actieve snoek tegenkomen. En we zijn allebei absoluut geen stilzitters, dus dit spelletje past ons opperbest.” Daarbij vertaalt de veertig jaar ervaring van senior zich wel in verdere worpen. “Toch maakt ook Chris voldoende kans: de meeste snoeken liggen hier dicht onder de kant, zodat een korte worp meestal volstaat”, deelt Marty een plaagstootje uit. “Ook al hijgt-ie in mijn nek, hij gaat me echt niet voorbij hoor”, zegt Chris net hard genoeg zodat zijn vader het ook kan horen. Dan kolkt er een vis in het oppervlak, waarop Marty meteen de 25 cm lange streamer richting de jagende snoek gooit. De vis speelt het spel niet mee, maar zoonlief is er als de kippen bij om ook een poging te wagen. “Wat doe jij hier? Jij liep toch een eind voorop?”, reageert Marty gespeeld verrast. 

Met vader en zoon Maas

Marty Maas (66) vist al ruim 40 jaar enkel met de vlieg. Een half jaar geleden heeft ook zoon Chris (37) de switch gemaakt van de spinstok naar de vliegenlat. Nu beleven vader en zoon samen mooie vliegvisavonturen. Hét VISblad haakte aan bij een snoeksessie aan de Essche Stroom.

op snoek

vliegvissen

TEKST: PIETER BEELEN > FOTOGRAFIE: SANDER BOER

Met een speciale
wax voorkom je dat de verschillende hengeldelen vast komen te zitten of te snel loskomen

Marty en Chris vissen standaard met een weerhaakloze haak. “Dat scheelt je vrijwel geen vis en maakt het onthaken een stuk gemakkelijker.”

In de naweeën van storm Pia was het hard werken aan de Essche Stroom.

Ondanks de ruime keuze aan streamers wisselen zowel vader als zoon niet van model of kleur: ‘Als je met vertrouwen vist, hoef je niet te twijfelen – dat levert extra effectieve vistijd op’

>> SETUP EN
MONTAGE

Tijdens deze stormachtige reportage gebruikten Marty en Chris een strakke AFTMA #9 of #10 hengel die is voorzien van een bijpassende reel. Op dagen met minder harde wind volstaat een klasse #8 of #9. Met de lichte en strakke hengels van tegenwoordig is een dag zwiepen met de vliegenlat goed te doen. Dat streamers nu hoofdzakelijk van synthetisch materiaal zijn gemaakt – en dus geen vocht op nemen – maakt het werpen nog makkelijker. 

Chris gebruikt een DI3 zink lijn om zijn vlieg wat dieper te vissen, terwijl zijn vader met een intermediate lijn vist om de streamer in de hogere waterlagen te houden. Tussen de vliegenlijn en de onderlijn zit een leader van ongeveer anderhalf tot twee meter sterk 50/00 fluorocarbon – net zoals alle overgangen is die verbonden met een lus-in-lus verbinding. Marty: “Een langere leader bemoeilijkt het werpen, dus houd die lekker kort.” Na de leader kiest hij voor een 80/00 fluorocarbon onderlijn ter bescherming tegen de scherpe snoektanden. Chris geeft echter de voorkeur aan een 50 lbs titanium onderlijn. Dit extra gewicht laat de vlieg namelijk nog sneller zinken. Beide onderlijnen zijn voorzien van een quick change clip voor snelle streamerwissels. Tenslotte mag een stripmand niet ontbreken. Dan raakt de lijn niet verstrikt, blijft deze schoon en gaat hij langer mee.

HANDWERK
“Dat was geen toeval, hè?!”, zegt Marty met een knipoog naar zijn zoon. Senior vist namelijk graag met rode streamers. Zoonlief vandaag ook. “In helder water pak ik vaak een zwart exemplaar, maar in dit bruine water heb ik liever een felle kleur. Zoals deze rood-gele combi die ik de ‘clown’ noem.” Alle streamers in de tackle boxen zijn eigen fabricaat. “Pa shopt het materiaal bij elkaar, ik maak er vervolgens vliegen van”, preciseert Chris. “Lekker knutselen en de streamers precies maken zoals ik ze wil hebben. Dus met heel veel actie, ook als je langzaam vist. Dat werkt vaak dressuurdoorbrekend”, onderstreept junior de voordelen van het zelf binden van vliegen. Of Marty zich schuldig voelt om zijn zoon op te zadelen met de noeste arbeid? “Nee hoor, ik financier de boel en weet dat hij dit leuk vindt. Bovendien heb ik lang genoeg achter de vice (hakenklem) gezeten. Laat hem maar de nodige ervaring opdoen met het binden van vliegen.” Opvallend is dat ondanks de ruime keuze aan verschillende soorten streamers, zowel vader als zoon niet wisselen van model of kleur. “Als je vertrouwen hebt in de vlieg die in de speld aan de onderlijn hangt, hoef je niet te twijfelen. Dat levert extra effectieve vistijd op.”

KLEINE AFSLUITER
Toch gaat ook deze sessie richting de eindstreep. Op de terugweg naar de parkeerplek werpen vader en zoon – strijdend tegen de hevige windvlagen – het laatste traject uit. Vlak voor de kant lijkt het alsof de rode streamer van Marty wat vuil oppikt, maar voor de zekerheid zet de routinier toch de haak. Een brutaal miniatuursnoekje heeft het aangedurfd om de grote streamer te grijpen. “1-1”, roept Marty triomfantelijk. “Die is onder de maat en telt niet”, antwoordt Chris lachend terwijl het succesje met een boks wordt gevierd. “Zonder gekheid: dit is de kleinste snoek die we hier ooit hebben gevangen. De gemiddelde lengte bedraagt zo’n 65-70 cm. Een paar weken geleden ving pa hier nog een dikke 90’er.” Toch maakt de lengte van een snoek die aan de vliegenhengel wordt gevangen hem eigenlijk niet zoveel uit. “Dat directe contact met de vis doordat je de lijn in je hand hebt is echt gaaf. Sinds ik een half jaar geleden echt ben overgeschakeld naar het vliegvissen beleef ik alles nog intenser. Nu ben ik er helemaal aan verslingerd en hoop ik samen met mijn pa nog veel gave vliegvisavonturen te beleven”, sluit Chris af.  

>> ESSCHE STROOM
De Essche Stroom begint bij Oisterwijk, waar de Voorste en de Achterste Stroom samenkomen. Na ongeveer twaalf kilometer mondt de beek bij Halder uit in de Dommel. Dit water staat over de gehele lengte in de VISpas en er wordt relatief weinig gevist. Op sommige gedeeltes zijn herstelwerkzaamheden gaande om dit in het verleden rechtgetrokken riviertje deels zijn natuurlijke loop terug te geven. Daar vind je ondiepe meanders waar de snoek het prima doet. Ook op de rechte en diepere delen kun je Esox lucius aantreffen, maar daar is het meer een kwestie van meters maken.

Focus je
als beginnend vliegvisser vooral niet teveel op ver willen gooien, maar vis juist de kanten goed uit – het gros van de snoeken ligt in de regel strak tegen
de oever

SNEL VERSUS TRAAG
De vriendschappelijke competitiedrang kan zeker geen kwaad. Beide vliegvissers hebben immers hun eigen aanpak. Zo vist Marty graag snel. “Door de streamer snel binnen te strippen heeft de vis geen bedenktijd. Hij moet direct toeslaan, óf het aas voorbij laten gaan. Bovendien blijft de vlieg zo hoog in het water, waardoor je de aanbeten kunt zien aankomen. Die worden vaak voorafgegaan door een boeggolf of een kolk. Dat maakt het geheel nog mooier.” Chris vist juist liever wat trager en werpt de streamer gerust een paar keer op dezelfde stek. “Mijn ervaring vanuit de bellyboat – voorzien van een geavanceerde dieptemeter – is dat vissen lang niet altijd bij de eerste worp bijten. Soms moet je ze eerst ‘wakker schudden’ en vang je ze pas na een aantal worpen. Zeker in de winter vis ik extra traag omdat de vlieg dan dieper blijft en een passieve vis meer tijd heeft om toe te slaan. En dat zijn vaak juist de grootste vissen; die wil ik niet missen. Zo ving ik laatst een snoek van 116 cm. Deze vis zag ik op de dieptemeter, maar liet zich niet eenvoudig uit de tent lokken.” “Die kwam wel acht centimeter te kort”, plaagt Marty, die een persoonlijk record snoek van 124 cm op zijn palmares heeft staan.

REBOUND SNOEK
In een fluks tempo vissen de ‘kemphanen’ de oeverzones van de Essche Stroom af. Chris is super fanatiek en blijft vol vertrouwen voorop lopen. “Dat heeft hij niet van een vreemde”, zegt zijn vader met verholen trots. Dan schiet er uit het kantje plotsklaps een snoek die zich op de clown-kleurige steamer van Chris stort. De feestvreugde en kromme hengel zijn echter van korte duur. Na een paar seconden veert de hengel terug en valt de lijn slap. De kolk die dit tumult heeft veroorzaakt dijt langzaam uit in het water. “Die heeft de haak niet gevoeld. Deze snoek hing aan de staart van de streamer”, zegt Chris met de opwinding nog hoorbaar in zijn stem. In een oogwenk belandt de vlieg weer op de stek, waarna hij deze langzaam binnen stript. Opnieuw knalt de snoek vol over de streamer heen en ditmaal zit-ie wel goed gehaakt. Marty snelt toe met het net en kan de vis na een korte dril scheppen. Zowel bij vader als zoon is de druk er met deze eerste vis vanaf. Trots poseren ze samen even voor de foto. Dankzij de weerhaakloze vlieg is het onthaken een fluitje van een cent en kan de vis snel weer terug in zijn element.

Oei, het water is de laatste dagen wel erg hard gestegen”, zegt Marty terwijl zijn blik over de Essche Stroom glijdt. Het riviertje ten oosten van het Brabantse Vught is aardig buiten zijn oevers getreden en in de omliggende weilanden staat een flinke laag water. De forse regenval van de afgelopen dagen heeft het water niet alleen fors doen stijgen, maar kleurt dit ook bruin. “Dat is niet optimaal voor het vliegvissen op snoek”, concludeert Maas senior. In combinatie met de naweeën van storm ‘Pia’ – wat zich uit in een windkracht vijf Beaufort – heeft hij er een ietwat hard hoofd in. Maas junior blijft echter optimistisch. “We rijden gewoon een stuk stroomopwaarts. Daar is de oever wat steiler en kunnen we prima vissen. De wind, bewolking en hoge luchtdruk zijn zeker niet in ons nadeel. Maar die streamers vangen niet uit zichzelf snoek. Snel verkassen en dan kunnen we direct aan de slag”, zegt Chris strijdlustig.

JUNIOR VOOROP
Als de hengels zijn opgetuigd, gaat Chris voorop en volgt pa in zijn kielzog. “Dat doen we altijd op deze manier. Dan komt hij als eerste de snoek tegen en maakt-ie de meeste kans op vis. Ik zie liever dat hij ze vangt”, verklaart Marty. “Ik ook!”, reageert zijn zoon gevat. Die geeft het tempo aan en houdt de pas er stevig in. “Meters maken vergroot de kans dat we een actieve snoek tegenkomen. En we zijn allebei absoluut geen stilzitters, dus dit spelletje past ons opperbest.” Daarbij vertaalt de veertig jaar ervaring van senior zich wel in verdere worpen. “Toch maakt ook Chris voldoende kans: de meeste snoeken liggen hier dicht onder de kant, zodat een korte worp meestal volstaat”, deelt Marty een plaagstootje uit. “Ook al hijgt-ie in mijn nek, hij gaat me echt niet voorbij hoor”, zegt Chris net hard genoeg zodat zijn vader het ook kan horen. Dan kolkt er een vis in het oppervlak, waarop Marty meteen de 25 cm lange streamer richting de jagende snoek gooit. De vis speelt het spel niet mee, maar zoonlief is er als de kippen bij om ook een poging te wagen. “Wat doe jij hier? Jij liep toch een eind voorop?”, reageert Marty gespeeld verrast.